zaterdag 14 november 2015

Molens (Pelgrimspad I: Aarlanderveen - Hogebrug - Haastrecht)

Vandaag gaan wij vroeg op pad want we zijn gisterenavond al naar Aarlanderveen vertrokken. Heerlijk tapas gegeten in Het Oude Rechthuis en geslapen in Hoeve Suydeinde. Zoals in veel dorpen in deze streek heet de hoofdstraat in het midden Dorpsstraat en aan de uiteinden respectievelijk Noord- en Zuideinde. Veel meer straten zijn er niet. Er is voor vandaag slecht weer voorspeld, zeer slecht zelfs, met regen en onweersbuien in de middag. Wij nemen ons voor om zo vroeg mogelijk aan te komen in Hogebrug.

Door de polders lopen wij naar Zwammerdam, waar vroeger een Romeinse legerplaats was. Wij passeren de Molenviergang, een viertal molens waarvan drie op een rij staan. Zij zorgen er sinds de achttiende eeuw voor dat de polder droog blijft. Door het afgraven van het veen om turf te maken is de bodem ingeklonken en verzakt. Het gebied is doorsneden met watergangen. De vier molens zijn prachtig opgeknapt en werken alle vier. Dit schijnt uniek in de wereld te zijn. Door een openstaand luik zien we hoe schepraderen binnenin de molen met kracht het water verplaatsen. Bij een van de molens komt net de molenaar naar buiten om mollenvangen te zetten.

Ten zuiden van Zwammerdam gaat het pad dwars door weilanden. De lucht ziet er wat dreigend uit, maar het is nog steeds droog. Dat kan van het pad niet gezegd worden. We doen ons best niet uit te glijden in de glibberige modder. Ter hoogte van Bodegraven lopen we over de Ringdijk. Het polderland aan weerszijden van deze dijk ligt meters lager. We lopen onder het viaduct van de A12 door naar Reeuwijk. Het is nog steeds droog. We pauzeren in het paviljoen aan de Reeuwijkse plassen, waar het nieuws over de aanslagen in Parijs de avond ervoor pas tot ons komt.

Als wij verder lopen begint het te regenen. We halen de poncho’s tevoorschijn waarop de regen stopt. Poncho’s uit, en even later weer aan.Want de buien zetten toch door. Maar harde regen blijft uit, evenals het voorspelde onweer. Gelukkig. Het pad gaat over een dijk die dwars door de Reeuwijkse plassen loopt. Voorbij Sluipwijk en Oukoop volgen wij de Kippenkade, een pad dat prachtig uitzicht biedt op het water. Aan de landzijde staan een paar leuke optrekjes, vaak met een kleine ophaalbrug over de sloot naar het pad. Het is hier helemaal stil, op het gekwetter en getjilp van de vogels na. Langs de kant van de weg bloeit nog van alles: paardenbloemen, boterbloemen, madeliefjes, witte dovenetel. En natuurlijk zijn er volop bessen in prachtig fel oranje en rood.

In het gehucht Driebruggen doen we een paar boodschappen. Langs de Dubbele Wiericke, een water, komen we aan bij de spoorlijn. Hier lopen we verkeerd. Nadere bestudering van de kaart leert dat we aan de andere kant van het spoor moeten zijn, dus we lopen tot het punt waar we onder het spoor door kunnen. Vanaf de spoorwegonderdoorgang volgen we de Poppelendam die later Ruige Weide gaat heten. Hier vinden wij onze Bed & Breakfast Ruige Weide, prachtig gestyled en comfortabel ingericht door eigenares Nicole. Het is inmiddels tegen vijven. We hebben vandaag rond de dertig kilometer gelopen  en daar vrij lang over gedaan omdat we veel drassige weilandpaden volgden. Het plan om per taxi heen en weer naar Oudewater te gaan laten wij snel varen. De meegenomen magnetronmaaltijd smaakt ook prima.

De volgende ochtend gaan wij na een riant ontbijt (o.a. versgebakken broodjes, kaas uit de streek, zelfgemaakte jam) op tijd op pad. Ons plan is zo’n zeventien kilometer te lopen. Ook voor vandaag is slecht weer voorspeld. Anders dan gisteren komt de voorspelling vandaag wél uit. Er staat een harde wind uit het zuidwesten, precies de richting waarin het pad ons voert. We volgen de lange Tiendweg richting Gouda, waarbij wij via opstapjes een groot aantal veehekken passeren. Als het begint te regenen besluiten wij het voor vandaag verder voor gezien te houden. In Haastrecht stappen wij op de bus. De route langs de mooie Vlist lopen wij als het beter weer is. 

zondag 8 november 2015

Hunebed (Pieterpad I: Zuidlaren - Rolde)

De zondagochtend begint met een heerlijk ontbijt in B&B Schipborg. Daarna is Anke, de eigenares, zo vriendelijk ons per auto terug te brengen naar de Brink in Zuidlaren. Want wij hechten eraan iedere kilometer van het pad te voet af te leggen. Zo passeren wij ruim een half uur na onze start Schipborg weer. 


Wat is het gebied rondom de Drenthsche Aa, die hier Schipborgsch Diep heet,  adembenemend mooi. De kronkelende rivier, de uitgestrekte graslanden en heidevelden, de bomen die het landschap omlijsten in herfstkleuren. In de weilanden grazen paarden en schapen. Op het terrein van landgoed Dennenoord, een psychiatrische instelling bestaande uit verschillende huizen en gebouwen in een park, komen wij lama’s tegen met jongen.

Vandaag is het droog en zonnig, de hele dag. Het pad voert ons over de Gasterse Duinen, aan het eind waarvan wij de eerste hunebed zien liggen. Het blijft vandaag ook de laatste die wij tegenkomen. Het landschap is zo mooi hier dat ik zin heb eens het Drenthse streekpad te lopen. 

De Drenthse Aa, die hier – hoe kan het anders – het Gastersch Diep heet, is nooit ver weg. Af en toe steken we hem over. In een ouderwets café-restaurant in Gasteren eten we wat. Onderweg zien we meerdere ooievaarsnesten en op een gegeven moment zien we langs het pad in het veld twee ooievaars lopen. Als wij naderen gaan ze er haastig vandoor. Helaas lukt het niet om ze duidelijk op de foto te krijgen.
Het Ballooërveld is het grootse restant woeste heide. Dankzij de functie als militair oefenterrein is deze nooit bebost of bebouwd geweest. Een oerlandschap. We zien duidelijk een paar grafheuvels liggen. Op een ervan is later een executieplaats ontstaan, Galgenberg genaamd.

Tussen de heideplanten groeit mos in bijzondere kleuren: van heel fel groen tot bijna wit. Op de hei loopt een schaapskudde rond. Aan de rand zien we al van ver de kerktoren van Rolde liggen.  Het pad is goed gemarkeerd, maar zelfs zonder markering zouden we dankzij die toren niet verdwalen.
Als we het dorp Rolde binnenlopen hebben we nog even voor de bus komt die ons naar station Assen zal brengen. Het laatste stukje zien we twee andere Pieterpad-lopers voor ons uitgaan, op weg naar dezelfde bushalte. Zij lopen moeilijk. Wij niet. Even gaan we het fraai aangelegde kerkhof op om het graf van Harry Muskee van Cuby en The Blizzards te bezoeken, maar helaas, we kunnen het zo snel niet vinden.









zaterdag 7 november 2015

Berend Botje (Pieterpad I: Groningen - Zuidlaren)

Om een beetje tijdig in Groningen te starten moeten we erg vroeg van huis. In Groningen verlaten wij het station aan de zuidkant. Al snel komen we in landelijk gebied. We lopen langs de kronkelende Dentsche Aa, die op deze plek Hoorns Diep heet. In de verte zien we het Hoornse meer en daarna het Paterswoldemeer liggen. Er wordt gezeild. We lopen over een bruggetje bij Nijveensterkolk, een schutssluisje dat het meer met het riviertje verbindt. De molen die hier staat dateert uit 1863 en stond oorspronkelijk elders. We passeren imposante villa’s aan de rand van Haren.

Het miezert een beetje maar tegelijkertijd is de temperatuur hoog voor de tijd van het jaar. Dus eigenlijk zijn onze jacks te warm is, maar op de eerste wandeldag willen we graag droog blijven. We weerstaan de verleiding om bij het voormalig militair oefenterrein Appelbergen koffie te gaan drinken, want we zijn dan nog niet op de helft. Mede-Pieterpad-lopers, waarvan we vandaag verschillende stellen tegenkomen, doen dat wel. Wij lopen door tot voorbij Glimmen, in de buurt van het Noordlaarder bosch, waar wij neerstrijken bij herberg De Blanke Hoeve. Een goede keus, want de herberg heeft een prachtige gelagkamer. Zo kom je ze maar zelden tegen. Wij genieten van een flinke kom erwtensoep en lopen gesterkt en opgedroogd verder. Een geluk dat wij hier overdag zijn want vanavond hebben ze een besloten partij.

Inmiddels zijn we van Groningen in Drenthe aanbeland. Op de kaart zien we de eerste hunebed aangegeven maar we lopen er net niet langs. Tegen half vijf wandelen wij Zuidlaren binnen, een dorp dat ons niet tegenvalt. Levendig, volop winkels en horeca. Misschien komt dat door de jaarlijkse paardenmarkt die hier wordt gehouden. Aan de enorme brink staat een landhuis, Laarwoud. Volgens het boekje is hier de legendarische Berend Botje geboren. Zijn eigenlijk naam: Lodewijk van Heiden (1773-1850), luitenant ter zee van Koning Willem V. Later vertrok hij niet naar Amerika, zoals het liedje wil, maar naar Rusland, waar hij opperbevelhebber van de vloot van de Tsaar werd. In Griekenland versloeg hij de Turken, hetgeen hem de koosnaam ‘Bébé’, vadertje, opleverde. Vandaar Berend Botje.


Helaas heeft Hotel B&B Hoeve de Vredehof ons de reservering wel per e-mail bevestigd, maar zelf niet geregistreerd. Ze zitten vol. Wij wijken uit naar B&B Schipborg, waar Anke ons gastvrij onthaalt. We lenen fietsen en eten heerlijk in de plaatselijke pizzeria. Daarna slapen we als rozen in de stilte van het buitengebied. 

zaterdag 31 oktober 2015

Polders (Pelgrimspad I: Aalsmeer - Aarlanderveen

Bij de Machineweg in Aalsmeer pakken wij de draad van ons pad weer op. Net als vorige keer valt ons het voortdurend opstijgen van lawaaiige vliegtuigen op. Door de polders lopen wij naar De Kwakel, een voormalig stellingfort voor Amsterdam. Het is prachtig weer, zonnig en droog. We passeren de Stommeermolen, die er al sinds 1650 voor zorgt dat het hier land is en geen meer. Langs de gebouwen van de bloemenveiling lopen we naar de Westeinderplassen, een watersportgebied. Veel zeilers profiteren vandaag net als wij van het mooie weer.

Vlakbij de oever van het meer staat een fraaie art déco-watertoren uit 1927.  Bij Vrouwentroost gaan wij weer landinwaarts, richting De Kwakel, een voormalig stellingfort voor Amsterdam. Iets ten zuiden daarvan stuiten we op de rivier de Amstel, waarlangs we het Jaagpad volgen. De kronkelende rivier vormt de grens tussen Noord- en Zuid-Holland. Het water ligt hoger dan het omringende grasland. Dat blijft een merkwaardig gezicht. Bij de Tolhuissluis staat op de kaart een horecagelegenheid aangegeven, die helaas dicht is. Wij vragen ons af waarom een café op een mooie zaterdag dicht zou gaan. We lopen naar Bilderdam, waar we via de Bildersluis de Amstel oversteken. Nu zijn we in Zuid-Holland. Op de brug staan drie jongens te vissen. Ze laten ons een foto zien van een grote karper die ze eerder die dag aan de haak hadden.

Langs het Aarkanaal gaan wij verder zuidwaarts, richting Nieuwveen. We maken een praatje met twee wandelende dames, die ons verzekeren dat De Sfeerstal, een café verderop, wél open is. Het pad loopt hier, langs de Ringvaart, een stukje parallel met het Marskramerpad. We moeten hier dus al eerder hebben gelopen, maar herinneren ons het niet. Bij de Sfeerstal pauzeren we op het terras om vervolgens verder te lopen naar Papenveer.


De laatste vijf kilometer lopen wij rechttoe, rechtaan over de Hoge Dijk. Aan weerszijden van het pad polderlandschap. Tegen het eind van de middag arriveren wij in Aarlanderveen. We hebben er ruim 25 kilometer op zitten. De beloning dient zich aan in de vorm van een prachtig ouderwets café, Het Oude Rechthuis, waar ze tot M.’s vreugde tal van bijzondere bieren schenken.

zondag 18 oktober 2015

Oud & nieuw Amsterdam (Pelgrimspad I: Amsterdam - Aalsmeer)

De eerste etappe van het Pelgrimspad (deel I) voert ons vandaag door het oude centrum van Amsterdam.  Op de Zeedijk, in de Warmoesstraat en de stegen daartussen is het op deze zondagochtend nog rustig. Overvolle afvalbakken en troep op straat getuigen van een drukke zaterdag. De meeste winkels en horecagelegenheden zijn nog gesloten. Hier en daar spuit een horecaondernemer zijn terras schoon met de tuinslang. We passeren ‘Ons lieve heer op solder’, een schuilkerk aan de Oudezijdsvoorburgwal. Kerken en andere religieuze zaken zullen we veel tegenkomen. De ondertitel van het Pelgrimpad-boekje luidt dan ook ‘Langs kansels, ketters en kaarsen’. 

Bij de Kalverstraat voert het pad ons via de oude toegangspoort van het Amsterdam Museum door de Schuttersgalerij, een gang waarin zestiende- en zeventiende-eeuwse schuttersstukken tegenover moderne werken hangen. Aad Veldhoen schilderde zijn vrienden, onder wie Simon Vinkenoog. De vloer is bedekt met een tapijt waarin allerlei elementen uit de verschillende culturen in Amsterdam terugkomen. De Schuttersgalerij leidt ons naar het Begijnhof, ook zo’n parel in het oude stadscentrum. Er staat nog één oorspronkelijk houten huis uit de zestiende eeuw.

We kruisen de Heren-, Keizers- en Prinsengracht en pauzeren op het Leidseplein, waar we koffie drinken in het altijd stijlvolle  Americain. Voorbij de Stadhouderskade lopen we het uitgestrekte Amsterdamse Bos in. Vandaag wordt daar een marathon gelopen. De eerste renners komen  net binnen. Na het bos volgen we de Schinkel, een water waarlangs woonboten liggen. Allemaal anders, van bouwketen tot ware paleisjes met fraai aangelegde tuinen. We lopen onder de Ringweg door en passeren het hoofdkantoor van ING, de ‘schoen’. Te voet lijkt het gebouw veel groter dan vanuit de auto. Het pad volgt de Jachthavenweg waar kantoorkolossen staan en waarachter nog steeds jachthavens zijn. Ook daar een keur aan woonboten. Geleidelijk maakt de oude bebouwing plaats voor nieuwere.

Na Buitenveldert lopen we opnieuw door het Amsterdamse Bos, richting Amstelveen. Bramen zijn er niet meer.  Wel volop paddenstoelen, maar ik zie geen bekende soorten. We drinken koffie met uitzicht op de Bosbaan, een in 1934 gegraven vaart waar roeiwedstrijden worden gehouden. In het bos veel wandelaars met honden. De A9, die dwars door het bos loopt, laat zich duidelijk horen. In de verte zien we de toren van de Urbanuskerk in Bovenkerk liggen. 

Als wij Amstelveen voorbij zijn lopen we langs de Schipholdijk, de rand van de Haarlemmermeerpolder. Aan de overkant staan hangars en kantoorgebouwen van luchtvaartmaatschappijen. Ook zien we een baan van waar voortdurend vliegtuigen opstijgen. Indrukwekkend. Door de wolken is soms maar een glimp van ze op te vangen. Het is grauw weer en het motregent heel licht, echt herfstweer. Het geluid van de opstijgende vliegtuigen moet voor de bewoners een plaag zijn. Fascinerend, het contrast tussen de eeuwenoude Amsterdamse straten en deze hypermoderne luchthaven.


Inmiddels zijn we in de gemeente Aalsmeer. De straten lijken op die in het Westland, met huizen van kassenboeren en kassen in het achterland. In Oosteinde besluiten we deze eerste Pelgrimspad-dag in een café, gevestigd in een oud veilinggebouw. In de grote ruimte binnenin bevindt zich nu een indoor-beach, waar kinderen sporten. Enorme boeketten rozen laten zien waar men zich hier in deze streek mee bezig houdt.