dinsdag 7 juni 2022

Lucca - wandelen over muren en door kathedralen

Na de wandeltocht vanaf Aulla op de Via Francigena blijven we nog een paar dagen in Lucca. De stad waar we vijf jaar geleden startten op dit pelgrimspad. Ons hotel Diana is vlak bij de beroemde Duomo di San Martino. Heerlijk om weer in deze schitterende stad te zijn.

In de hal van het hotel hangen fraaie affiches, o.a. van een meisje in Zeeuwse klederdracht. Ontbijten doen we om de hoek bij de aan ons hotel gelieerde Albergo San Martino, op een lieflijk terrasje onder jasmijnstruiken met rieten stoelen en witte linnen tafelkleden. Een prettige plek om de dag te beginnen.

Op onze eerste dag hier maken we een wandeling rondom de stad, over de brede oude stadsmuren. De muren, voorzien van schaduwrijke bomen, fungeren als stadspark en flaneerplek. Hier lopen hardlopers, stelletjes, jonge gezinnen met kinderwagens, ouderen in groepjes. We hebben een mooi overzicht van de stad en herkennen gebouwen waar we vijf jaar geleden zijn geweest.

Net als in 2017, toen we hier in Lucca aan ons eerste stuk van de Via Francigena begonnen, bezoeken we de kathedraal. Hij is in de twaalfde en dertiende eeuw gebouwd en is vol bezienswaardigheden, waarvan wij een deel bekijken. 

Het meest indruk maakt het grafmonument van Ilaria del Carretto, gemaakt door Jacopo della Quercia in 1407. Ilaria (1379-1405) was getrouwd met Paolo Guinigi, Heer van Lucca. Ze was zijn tweede vrouw. Na de geboorte van haar tweede kind, een dochter die net als zij Ilaria heette, overleed zij op 26-jarige leeftijd. De beeldhouwer heeft haar liefdevol geportretteerd, levensecht, met sierlijke haarlokken langs haar gezicht. Om haar hoofd heeft zij een krans met bloemen. Haar gewaad, bijeengehouden door een ceintuur, plooit alsof het stof is in plaats van marmer. Een hondje op het monument symboliseert Ilaria's trouw. Het grafmonument was net af toen Paolo Guinigi voor de derde keer in het huwelijk trad. Het krijgen van kinderen was, en is in grote delen van de wereld nog steeds, een levensgevaarlijke aangelegenheid voor vrouwen.


Aan de buitenkant van de kathedraal bekijken we het beroemde labyrint, dat we in de souvenirwinkels ook als afbeelding op T-shirts en tassen tegenkomen, en de afbeeldingen van de twaalf maanden van het jaar. 

Natuurlijk kijken we ook naar het beeld, hoog aan de muur aan de binnenkant van de kathedraal, van San Martino zelf. Naast het beeld is een deur, momenteel niet in gebruik, waarboven een schitterende draperie van gordijnen hangt. Ook dit zou, net als het gewaad van Ilaria, van marmer kunnen zijn, maar in dit geval is het stof, textiel.

Links in de kathedraal staat een kleine achthoekige kapel uit de vijftiende eeuw. Hier hangt een wereldberoemd beeld van Jezus, genaamd 'Het heilige gezicht', of 'Santa Croce', het heilige kruis. Er gaan verschillende legendes over het beeld, zoals wij later horen van de eigenaar van een platenzaak, die hier sinds een jaar of vijfentwintig woont. 


Zo zou de hand van de kunstenaar van bovenaf geleid zijn, zodat het beeld werkelijk de gelaatstrekken van Jezus heeft. Ook zou het beeld in een onbemand schip over zee hebben gevaren en in Lucca zijn aanbeland, terwijl meerdere steden aanspraak op het beeld maakten. In september is het jaarlijkse feest rondom dit beeld; vroeger werd het in processie door de stad gedragen maar tegenwoordig bezoeken de mensen het beeld in de kathedraal. Het gezicht van Jezus is donker; hij heeft felblauwe ogen. Een fascinerend gezicht. Het beeld speelt een belangrijke rol in deze stad.

De kathedraal ligt aan een plein met een fontein. Er is een café waar wij graag zitten, kijkend naar de imposante kathedraal. 

Ook de andere grote kathedraal, die van San Michele, bekijken wij. Hier kun je nog gewoon binnenlopen, zonder entree; het is er minder vol dan in de San Martino. Ook deze kathedraal ligt aan een prettig plein waar wij regelmatig zitten. Hier om de hoek zit de Trattoria di Leo waar wij, net als vijf jaar geleden, een paar keer eten.

In het Palazzo Ducale aan de Piazza Napoleone is een foto-expositie: 'You can call it love', met foto's en films over de verschillende soorten liefde. Romantische liefde, liefde tussen ouders en kinderen, binnen families, tussen mensen en dieren, etc. 

Bijzonder is een korte speelfilm van een maakster van Russische origine over het leven van haar moeder, Svetlana. De moeder speelt zichzelf, de rol van de dochter - die de regie heeft - wordt vertolkt door een actrice. Svetlana had in 1996 genoeg van het leven dat zij leidde met man en twee kinderen in een flat in Rusland. Ze droomde weg bij afleveringen van de serie Santa Barbara. Dat was het leven dat zij zich wenste. 
Svetlana zette een contactadvertentie in een krant in Santa Barbara en toen een man daarop reageerde, vertrok ze met haar twee kinderen naar de VS. 

Een echt succesverhaal werd het niet, want de man was veel ouder en minder aantrekkelijk dan zij verwachtte. Bovendien verliet hij Svetlana na acht jaar, waarna zij en haar kinderen in een opvanghuis terecht kwamen. Contact met de man is er niet meer. 'Hield je van hem?' vraagt de dochter in de film. 'Ik heb geleerd van hem te houden', antwoordt Svetlana. 'Eerst wist ik het verschil niet tussen liefde en dankbaarheid.' Later zegt Svetlana dat ze geen vergeving nodig heeft van haar dochter, maar liefde.

Na een paar heerlijke dagen zit het er weer op. We verlaten Lucca, een stad waar we zeker nog terug zullen keren.

vrijdag 27 mei 2022

Via Francigena: van Aulla naar Lucca

Eerste etappe: Aulla - Sarzana

Drie jaar nadat wij Rome hebben bereikt lopen we nog een stuk op de Via Francigena, de oude pelgrimsroute van Canterbury naar Rome. In 2017 liepen we van San Miniato naar Sienna, in 2018 van Sienna naar Viterbo en in 2019 van Viterbo naar Rome. Daarna hield het even op. Nu beginnen we ten noorden van de eerste etappe die we liepen: in Aulla. Ons einddoel is Lucca, in vier wandeldagen.

Ons eerste hotel ligt ligt in Podenzana, volgens de reisbeschrijving 1,5 kilometer ten westen van Aulla, en het station ligt precies aan de andere kant. We komen tegen zevenen aan, veel later dan verwacht, want het vliegtuig heeft meer dan een uur vertraging en de trein van Pisa naar Aulla ook. Op het station van Aulla bellen we een van de twee taxi's die er zijn en zo'n drie kwartier later rijden we weg. Het is ongeveer een kwartier rijden langs een bergweg, dus we besluiten deze taxichauffeur ook voor de volgende ochtend te vragen om ons naar Aulla te brengen.

Op de eerste wandeldag zijn we om kwart voor tien bij de kathedraal van Aulla, waar onze tocht begint. We vinden al snel de Via Apua, die we moeten hebben. Maar het is toch niet goed, we komen niet op de route, vinden geen markering en ook de rivier niet, die we over moeten. Terug naar de kathedraal, nog eens proberen. 

Ondanks verschillende pogingen lukt het ons niet de route te vinden. We lopen langs onaangename autowegen en zien niets dat bekend voorkomt. Inmiddels is het half twaalf, het is de vraag of we onze bestemming Sarzana nog bij daglicht gaan bereiken. Dan zien we iets wat we kennen: een bordje 'stazione'. We zijn dus helemaal verkeerd, want het station is ten oosten van Aulla en wij zouden inmiddels behoorlijk naar het zuiden moeten zijn afgezakt. Enfin. Soms moet je je verlies nemen. We lopen naar het station en nemen de trein naar Sarzana, waar we aan het eind van de middag aankomen. Morgen beter... 


Tweede etappe: Sarzana - Marina di Massa

Sarzana is een schitterend stadje met een mooie kathedraal waarin een beroemd twaalfde-eeuws Christusbeeld hangt, gemaakt door Mastro Guglielmo. We zitten graag op het plein schuin achter de kathedraal, waar een paar terrasjes zijn. De gevels hebben er pastelkleuren. Er lopen scholieren langs, moeders met kinderwagens, groepjes vrienden en vriendinnen of collega's. Tegen de muur van de kathedraal zitten de mannen uit het stadje 's avonds op witte plastic stoelen te discussiëren en spelletjes te doen. 
De volgende ochtend breekt dan de eerste echte wandeldag aan. We verlaten Sarzana via de heuvels. Prachtig landschap vol bloeiende bloemen, cypressen en pijnbomen. Veel olijf- en wijngaarden. We genieten van de geuren van brem en jasmijn. De tuinen staan allemaal vol uitbundig bloeiende rozenstruiken. We passeren twee grote bevers langs de waterkant; als ze ons zien, laten ze zich rustig in het water zakken en zwemmen weg. Bij de Romeinse plaats Luni lopen we langs een amfitheater.

Halverwege lunchen we in Avenza. Als we Massa naderen zoeken we een markering die van de hoofdroute afbuigt naar zee, want daar moeten wij zijn. Maar we vinden geen markeringen en onze reisgids heeft het er niet over. Uiteindelijk buigen we af richting zee op het punt waar wij Marina di Massa aan het eind van de weg verwachten, maar dit leidt ons langs een onaangenaam stuk Via Nationale. Zonder stoep, uiteraard. Langs de weg veel marmerbedrijven met gigantische blokken wit en grijs marmer, we zitten vlakbij Carrara. 


Uiteindelijk arriveren we in de plaats van bestemming. De badplaats doet een beetje Zuid-Frans aan. We eten aan zee, waar, grappig genoeg net als bij ons in Scheveningen, een pier en een reuzenrad zijn.

Derde etappe: Marina di Massa - Pietrasanta - Camaiore

De volgende ochtend nemen we de bus van Marina di Massa naar Massa, waar het traject begint bij de kathedraal van Franciscus en Petrus. Met moeite vinden we de juiste weg de stad uit. In het oude centrum zijn weinig markeringen. We lopen veel langs autowegen, later ook langs mooie wandelpaden. We stijgen en dalen behoorlijk. Waarschijnlijk hebben we door Ben Teunissen in zijn reisgids genoemde omweg genomen want het duurt onverwacht lang voordat we in Pietrasanta komen, pas rond half drie. 

We lopen langs het plein en de kathedraal, waar zo te zien net een huwelijk is gevierd. Vrouwen in prachtige jurken lopen als paradijsvogels rond, allemaal op hakken; de mannen zijn in pak. We spreken een Nederlandse kunstenaar, Eppe de Haan, die vertelt dat hij hier al 25 jaar woont. Hij werkt met marmer en exposeert o.a. op het Lange Voorhout. Helaas hebben we geen tijd dit mooie stadje te bekijken, anders halen we Camaiore niet, onze eindbestemming van vandaag.

We arriveren  tegen zevenen in Camaiore, na een lange wandeldag. De naam van de stad komt van Campus Maior. Ons hotel ligt op een centraal plein waar een feest aan de gang is, met een podium waarop ons onbekende artiesten optreden. Een professioneel danspaar voert een tango uit. We drinken een borrel op een terrasje waar veel mensen uit het stadje zitten die zich op hun paasbest hebben gekleed. Als de schemering valt, is het feest afgelopen en wordt alles opgeruimd. Wij lopen een van de straatjes die uitkomt op het plein in en hebben een heerlijk diner. 

In Camaiore is veel te zien, maar we hebben er geen tijd voor want de laatste etappe is ook flink.

Vierde etappe: Camaiore - Lucca

De volgende ochtend verlaten we Camaiore. We bezoeken nog een kerk, de Chiesa dei Dolori, waar een angstaanjagend Mariabeeld staat. 

Als we de stad uit zijn volgen we net als gisteren de Torrente Lucese, de rivier waar het stadje aan ligt. De markering is schaars en we lopen verkeerd. Een joggende man wijst ons erop. We geloven hem maar half, proberen toch de richting die hij aangeeft en hij blijkt gelijk te hebben. Gelukkig, want in dit bergachtige gebied verdwaal je makkelijk. 

Zowel in Camaiore als in Valpromaro, dat daar niet ver vandaan ligt, is een pelgrimshuis waar je kunt overnachten.

We komen verschillende kleine pleisterplaatsen tegen voor pelgrims, met Mariabeelden en altijd bloemen en planten. Soms staan er portretjes bij, misschien van dierbare overledenen van de gelovigen die deze plaatsen onderhouden. 

Ook vandaag lopen we door bergachtig gebied. We hebben schitterende uitzichten en passeren mooie oude stadjes, zoals Piazzano. Helaas is er weinig leven, maar gelukkig komen we af en toe een kraan tegen om onze waterflessen bij te vullen. In Piazzano is geen horeca en geen winkel, maar bij de begraafplaats iets buiten de stad vinden we een kraan. Vanaf dat punt hebben we er een mooi uitzicht op het stadje dat achter ons ligt.

De paden zijn meestal makkelijk begaanbaar, maar vandaag hebben we een paar steile stukken. Ik pak nog net de meegenomen wandelstokken niet, maar eigenlijk zouden die vandaag wel van pas zijn gekomen.

Tegen het eind van de dag naderen we Lucca, onze eindbestemming. We volgen een mooi aangelegd breed wandel- en fietspad langs de rivier de Serchio, en zo bereiken we de buitenwijken van de stad. Lucca is klein, dus we hoeven niet zoals bij grotere steden als Sienna en Rome lang langs drukke autowegen door buitenwijken te lopen. We lopen al snel de Porta san Donato binnen. Ons hotel ligt letterlijk op een paar stappen van de Duomo. Schitterend om daar aan te komen lopen. Een mooi einde van deze tocht, in Lucca, de plaats waar we in 2017 voor het eerst onze stappen op de Via Francigena zetten.