zondag 21 juni 2015

Wierden (Pieterpad I: Garnwerd - Groningen)

Garnwerd
Na ons diner in Garnwerd reizen wij zaterdagavond per bus en trein terug naar Groningen, waar wij in ons hotel (Weeva – Martinihotel) nog wat drinken. Wij hebben een slechte nachtrust omdat een groep dronken jongens de boel op stelten zet naast en tegenover onze kamer. Vanaf kwart over vier ‘s ochtends. Het kost ons dus geen enkele moeite om acht uur aan het ontbijt te zitten – aangeboden door het hotel, vanwege de overlast. Om negen uur lopen we naar station Groningen, om daar de stoptrein naar Winsum en vervolgens de belbus terug naar Garnwerd te nemen. Het weer is beduidend minder dan gisteren. Vanaf een uur of elf regent het. Wij kunnen er dankzij jassen en poncho’s goed tegen, maar in de zon loopt het toch lekkerder. Wat een goed idee om gisteren niet te stoppen in Winsum, maar door te lopen naar het mooie Garnwerd waar wij zo heerlijk hebben gezeten ’s avonds. Wij volgen vanaf Garnwerd het Reitdiep en zien later hoe de oorspronkelijke rivier de Hunze heeft gelopen, voordat het rechte Reitdiep werd gegraven. Wij passeren Oostum, een wierddorp waar alleen nog de kerk en het kerkhof over zijn. Het schijnt de meest gefotografeerde en geschilderde wierde van Groningen te zijn. Ook de echtgenoot van E., die met M. en mij meewandelt, heeft het kerkje op een schilderij van zijn geliefde Groningse land vereeuwigd. Het is een mooie, stille plek. Naast de kerk liggen oude en nieuwere graven, met stenen in de traditionele stijl.


Oostum
Oostum
Ook het volgende wierddorp is niet meer dan een kerkhof: Wierum. De weg ernaar toe heet Dodelaan, omdat de laan naar het kerkhof leidt. Bij ons wekt de naam andere associaties. Aan het begin van de Dodelaan staat een hek met bordjes: ‘Betreden op eigen risico’ en ‘Pas op STIER’. E. weet uit ervaring dat zo’n waarschuwing niet loos is. Afgelopen zomer werd zij eens achterna gezeten door een stier, waarbij zij zich kon redden door over een hek te klimmen. Wij betreden het pad, op eigen risico dus, en zien inderdaad een stier staan in het weiland. Gelukkig is het weiland afgescheiden van het pad door een hek. Het rode jackje van een van ons zou de stier nog wel eens op ideeën kunnen brengen. Na Wierum passeren we nog een wierde, een onbebouwde, genaamd de Paddepoel. Naar deze wierde is de weg vernoemd die van Wierum over het Van Starkenborghkanaal naar Groningen voert. Na het kanaal begint langzamerhand de bebouwing van de stad, te beginnen met moderne universiteitsgebouwen. Het eerste gebouw dat opdoemt is van een merkwaardige kleur groen, die detoneert bij het groen van de natuur. De architect heeft vast lang over deze kleur nagedacht, denken wij. Door Noord-Groningen lopen wij langzamerhand het centrum in. Groningen is een prachtige stad. Wij passeren de Brugstraat, Der A-kerk, de Vismarkt en de Folkingestraat. Het valt ons op dat er vrij veel winkels open zijn vandaag, zondag. Wij zijn inmiddels behoorlijk natgeregend en besluiten te lunchen in de stad. Tegen half vier nemen wij de trein terug naar huis. Het slaapgebrek van de nacht zorgt ervoor dat wij in de trein in slaap vallen.   


 






zaterdag 20 juni 2015

Er gaat niets boven (Pieterpad I: Pieterburen - Garnwerd)


Nu wij eerder dit jaar het tweede deel van het Pieterpad hebben afgerond reizen wij af naar Pieterburen om aan deel 1 te beginnen. Groningen: er gaat niets boven. Om kwart over twaalf arriveren wij in Pieterburen. Eerst een kop koffie in een mooi ouderwets café. Aan de muur uitsluitend schilderijen van de zee. Wij reizen het laatste stuk, vanaf Winsum, in een klein streekbusje met nog twee gezelschappen Pieterpadders. Ook zij drinken hier koffie. Wij vertrekken als eerste om niet in een rijtje te hoeven lopen.

De omgeving is veel mooier dan wij hadden verwacht: geen kale winderige vlaktes, maar een vriendelijk landschap met veel planten langs de weg, dieren in de weilanden en af en toe een mooi oud dorpje. Er bloeien klaprozen, margrieten, boterbloemen, distels, klaver en tal van bloemen waarvan ik de naam niet weet. Af en toe komen we een enorme berenklauw tegen, waarvan de witte schermbloemen deels nog in de knop staan. Binnenkort barsten ze open. Het zingen van vogels en het gekwaak van kikkers begeleiden ons vandaag.
De dorpen zijn hier op verhogingen gebouwd, wierden genaamd, om ze te beschermen tegen het water. De vloed omspoelde de wierden. De Romeinse schrijver Plinius (23-79) schreef erover: ‘Twee keer keer per etmaal komt de oceaan daar met geweldige watermassa’s over een onmetelijke afstand opzetten en bedekt eeuwig een gebied waarvan het onduidelijk is of het bij het vasteland hoort of bij de zee. Daar bewoont dat arme volk hoge wierden of dammen die ze eigenhandig hebben opgeworpen tot de hoogste waterstand die ze hebben meegemaakt. Met hun hutten die ze erop hebben gebouwd lijken ze wel zeelieden wanneer water het omringende land bedekt, maar schipbreukelingen wanneer het water zich heeft teruggetrokken, en ze jagen rondom hun hutten op vissen.’
Na verloop van tijd bleek dat de grond van de wierden heel vruchtbaar was geworden, en daarmee geld waard. De bewoners staken grote delen van de wierden af om te verkopen. Vaak stopte men met afgraven bij het kerkhof en de kerk. Inmiddels zijn die afgravingen op sommige plaatsen weer hersteld.

Het eerste wierdedorp dat wij tegenkomen is Eenrum, met een mooie oude kerk. Bij Mensingeweer gaan we het Mensingeweerster loopdiep volgen. Het dorp heeft een imposante molen. Over de vaart is een hoge loopbrug gebouwd.  Hier voegt zich een ‘local’, zoals ze  zelf zegt, bij ons. Wij raken aan de praat en ze loopt een stukje met ons mee naar Winsum, waar zij een fiets gaat ophalen. Winsum is levendig: veel winkels en horeca. We zien meerdere Pieterpadders zitten op het terras van ‘De Gouden Karper’, waar wij uitrusten in de zon. De etappe eindigt hier, na 12 kilometer, maar het is prachtig weer en wij hebben nog wel zin in een stukje lopen. We besluiten door te gaan naar Garnwerd, een kleine vijf kilometer verderop. Vlak buiten Winsum verdwalen wij. Een man in een auto wijst ons de weg. Omdat zijn drie honden achterin de auto hard blaffen stapt hij uit om ons te woord te staan. Erg vriendelijk. Het pad voert ons dwars door de weilanden. Na het graspad belanden we op een asfaltweg, waar geen fietspad naast is en ook geen voetgangerspad. Er zijn veel auto’s, veel lawaai, en wij lopen noodgedwongen achter elkaar. Dat kan beter. En inderdaad. Een vrouw op een fiets roept ons en vertelt dat er een nieuw pad is dwars door de weilanden; het is wel gemarkeerd maar het staat nog niet in het boekje. Ook op de website heb ik het niet gezien. Onze redster, ook een wandelaar, loopt met haar fiets aan de hand met ons terug naar het begin van het nieuwe graspad en wijst ons hoe we er komen. Wij zijn haar zeer dankbaar. Aardige mensen, de Groningers. Het pad door de weilanden is een verademing. Aan de overkant van het Reitdiep straalt Garnwerd ons tegemoet met de molen en Café Hammingh. In het water liggen oude houten platbodems en er is een terras ‘Garnwerd aan zee’. Het ziet er aantrekkelijk uit, maar tegen het wat hoger gelegen terras van Café Hammingh kan niets op. Wij strijken er neer en omdat we moeten wachten op de belbus borrelen we daar niet alleen, maar eten er ook. Buiten, achter glas. Een goede keuze.






vrijdag 19 juni 2015

Etappeoverzicht Pieterpad I (Pieterburen - Vorden)

Het eerste deel van het Pieterpad loopt van Pieterburen in Groningen tot Vorden in Gelderland. De lengte is 236 kilometer. Het tweede deel van het Pieterpad, van Vorden naar de St Pietersberg bij Maastricht - 257 kilometer - rondden wij in 2015 af. Als wij weer in Vorden zijn aangeland hebben wij er 493 kilometer opzitten.

De route staat beschreven op Wandelnet.nl.

  • 20 en 21 juni 2015: Pieterburen - Garnwerd - Groningen
  • 7 en  8 november 2015: Groningen - Zuidlaren -  Rolde
  • 16 en 17 april 2016: Rolde -  Schoonlo -  Sleen