maandag 28 november 2016

Maas (Pelgrimspad II: Born - Spaubeek)

De volgende ochtend in Born hebben we het weer over de Kennedymars, het jaarlijkse wandelevenement waarbij de deelnemers 80 kilometer in één dag afleggen. Onze gastvrouw Nancy heeft de tocht meerdere keren gelopen. De laatste keer deed zij er minder dan elf uur over. Haar gemiddelde tempo was dus bijna 7,5 kilometer per uur. Ik ben diep onder de indruk.

Als we van start gaan zijn de velden wit berijpt. Net als gisteren schijnt de zon. Vanaf Limbricht, onder Born, loopt het pad gelijk met het Pieterpad. M. en ik hebben dat afzonderlijk van elkaar gelopen en we herkennen het allebei. Vanaf hier volgen we min of meer de loop van de Maas. Het pad voert ons dwars door Sittard. Op de markt drinken we koffie in de zon.

Over de Kollenberg met de staties en het Mariakapelletje lopen we de stad uit. We passeren het klooster met het mooie naambord dat mij vorige keer dat ik hier liep ook trof. Bij Windraak hangt een grote eik dwars over het pad. Er groeien grote paddenstoelen op waarvan ik denk dat het oesterzwammen zijn.

In het westen ligt Munstergeleen. Hier woont George McCrae tegenwoordig, bekend van de hit ‘Rock your baby’ uit 1974. Hij is getrouwd met Yvonne Bergsma, die lang geleden model was in de televisiereclame voor Fa doucheschuim ‘met de wilde frisheid van limoenen’.

We passeren Puth en zien Kasteel Terborgh liggen. Een middeleeuws kasteel waar vroeger ook de gevangenis was en recht werd gesproken. Nu is het een horecagelegenheid, die helaas op maandag is gesloten. Door het bos lopen we naar het kleine station van Spaubeek. 

zondag 27 november 2016

Maria (Pelgrimspad II: Thorn - Born)

Inmiddels zijn we zo diep in het zuiden aanbeland dat wij zaterdag 26 november al naar Thorn zijn gereisd. We eten en slapen in het witte stadje, waar we de vorige keer zijn geëindigd. Hotel La Ville Blanche is gevestigd in een achttiende-eeuws pand dat vroeger werd bewoond door de Stiftdames Felicitas, gravin van Merode, en Leopoldine, prinses van Arenberg. Onze kamer ligt recht tegenover de kolossale abdijkerk, die als het donker is verlicht wordt. Een schitterend gezicht. Toen we hier de vorige keer waren heb ik de abdij bezocht.  
De volgende ochtend vertrekken we op tijd, want we hebben een kleine 25 kilometer voor de boeg en het wordt vanaf vier uur al donker. Langs Kessenich en Geistingen lopen we naar het zuiden. Aan de overkant van de Maas ligt Stevensweert, bekend van de daar gevonden kantharos. Bij Maaseik, waar het pad helaas niet doorheen maar langs voert, steken we de Maas over. In Roosteren steken we kaarsjes aan in een kleine kapel. Via Illikhoven en Papenhoven komen we bij het Julianakanaal. Born ligt aan de overkant.

We zijn er ruim voor het donker wordt en nemen de tijd om even naar een café te gaan. Midden in het dorp, tegenover de kerk, ligt ‘De Auw Pastorie’. Het meisje achter de bar informeert naar onze wandeltocht en als wij niet zonder trots melden dat wij er zo’n 25 kilometer op hebben zitten vraagt zij of wij de Kennedymars wel eens hebben gedaan. Dit blijkt een jaarlijks wandelevenement te zijn waarbij de deelnemers 80 kilometer op één dag lopen, binnen 20 uur. Nee, dat hebben wij nooit gedaan. Zij wel. Wij zouden het niet kunnen, vrees ik. M. vindt vooral dat wij het niet willen. Lange Afstands Wandelaars lopen om andere redenen dan om zo'n prestatie neer te zetten. 

zondag 13 november 2016

Bier (Pieterpad I: Coevorden - Hardenberg)

Na een uitvoerig ontbijt in ons hotel in Coevorden trekken wij weer verder naar het zuiden. Vandaag komen wij in het Vechtdal. We passeren de Poort van Drenthe, een grote poort van enorme keien, het soort dat je ook in hunebedden ziet. Langs een vaart zien we grote aantallen pompoenen in alle soorten en kleuren drijven. Een merkwaardig gezicht. Zou er een vrachtauto met pompoenen omgevallen zijn? Raadselachtig.

In Gramsbergen staat een beeldje van Pieterpadwandelaars. Wij vinden de wandelaars wat merkwaardig afgebeeld. 

Aan de vaart pauzeren we in een oud schipperscafé. Het interieur is authentiek, met veel hout. Van de bedsteden zijn kasten gemaakt. Als we aan onze thee zitten zien we pas dat in de achterkamer koperen ketels staan. Dit café is tevens een kleine bierbrouwerij. Aan de balken van de zoldering hangt hop te drogen. Trots vertelt de eigenaar dat hij onlangs in Amsterdam de hoofdprijs heeft gewonnen voor zijn speciale Bockbier van dit najaar, de Mommeriete Rookbock. De oorkonde staat naast de ketels. Volgend voorjaar schenkt het programma ‘Leven in de brouwerij’ aandacht aan Mommeriete. M en ik nemen een flesje en een pot bierpaté mee voor thuis.
 
In het Engelandsche Bos, eigenlijk het enige bos op onze tocht van dit weekend, verdwalen we even, niet lang. Net als gisteren passeren wij een kleine Joodse begraafplaats, op een heuveltje gelegen. Hier bij Gramsbergen heet het 'Jodenbergje'.


Dan lopen we het centrum van Hardenberg binnen via een uitgestrekt plein waar de grote winkelketens vertegenwoordigd zijn. Het station ligt buiten het centrum, nog een eindje lopen. Het zit er weer op. Wat de natuur betreft hebben we mooiere trajecten gehad, maar met de horeca hadden wij deze dagen veel geluk. 





zaterdag 12 november 2016

Berijpte velden (Pieterpad I: Sleen - Coevorden)

Dankzij een zeer vroeg vertrek van huis zijn we om kwart over tien in Sleen, Drenthe. De velden zijn berijpt, een schitterend gezicht. Vandaag is een herfstdag zoals je wilt dat een herfstdag is. De zon schijnt, het is fris en er staat nauwelijks wind. De bladeren aan de bomen dwarrelen rustig naar beneden in bruin, geel en oranje.

Langs Erm en Holbeek lopen we naar het zuiden, grotendeels door open veld, soms langs een kanaal. We houden de pas erin want voor vijven is het al donker. We hebben een marge voor het geval wij verdwalen of ons ander ongemak zou overkomen. Pas als we zeker weten dat we ruimschoots op tijd in Coevorden zullen zijn nemen we de tijd om te pauzeren in een café in Dalerveen, een middeleeuwse veenontginning. Een grote kop thee warmt ons op. Daarbij een bal gehakt voor M en een kroket voor mij. Heerlijk. De televisie staat aan zodat wij toch nog wat van het Sinterklaasjournaal meekrijgen. Een hot item. Er zijn genoeg toestanden in de wereld om je zorgen over te maken (Trump president, IS, Syrie, om wat te noemen) maar die lijken soms in het niet te vallen bij de vraag hoe Piet er dit jaar uitziet.

Als wij vertrekken uit Dalerveen hebben wij nog maar een uur voor de boeg. In de buurt van Coevorden passeren wij een kleine Joodse begraafplaats. Lang is hij buiten gebruik geweest, maar in 2003 is hier weer iemand begraven. De menora die op de foto in het boekje staat zien wij niet. Gestolen? Kapot?

Tegen vieren lopen wij Coevorden binnen. Via het Stieltjeskanaal, de vestingwerken en  de watertoren bereiken wij ons hotel. Schoenen uit en een kop thee, daar knappen we van op. Tegen half zes lopen we het centrum in, vlakbij ons hotel. De kermis laten wij links liggen. Morgen is er de jaarlijkse ganzenmarkt die wij dus zullen missen. We besluiten even langs het middeleeuwse kasteel te gaan en vragen de weg aan een jong stel dat uit Den Haag blijkt te komen en zich sinds drie jaar hier heeft gevestigd. Ze herkennen ons direct als Hagenaars.
Zoals het er nu staat is het kasteel grotendeels uit de zestiende en zeventiende eeuw, maar in de twaalfde eeuw woonden hier al de Coevordense burggraven. We drinken een glas wijn in de ruimte bij de open haard, samen met nog wat andere wandelaars en een club oudere heren, Rotary misschien.  

Na een blik op de eetzaal en op de menukaart besluiten we hier te blijven eten. Daar krijgen we geen spijt van. We zitten aan een met wit linnen gedekt tafeltje in een kasteelzaal met een grote haard en dikke muren, de ramen bedekt met gordijnen die er zacht en pluizig uitzien, gevoerd met zijde. Alle drie de gangen van het verrassingsmenu, waarvan de samenstelling ons steeds vriendelijk wordt uitgelegd, verrassen ons. Het zijn stuk voor stuk kunstwerkjes om te zien. De smaak doet niet voor het uiterlijk onder. Daarbij heerlijke wijn, glazen kraanwater en dat alles voor een zeer schappelijke prijs. Wat een heerlijk besluit van de wandeldag. We voelen ons verwend. Tevreden lopen wij om negen uur terug naar ons hotel waar wij als roosjes in slaap vallen.