Vandaag vertrekken
wij via Eindhoven naar Heeze om drie dagen op het Pelgrimspad te lopen. In
totaal zullen wij een kleine tachtig kilometer afleggen. Om kwart over zeven in
de trein, geen tijd om koffie op het station te halen en helaas, geen
railcatering in deze trein. De vriendelijke conductrice wijst erop dat we in
Rotterdam twee minuten stoppen naast een kiosk. M. rent de trein uit om koffie
voor mij te halen en de conductrice zorgt dat de trein pas gaat rijden als hij
weer binnen is. Deze koffie smaakt extra goed.
Er rijden geen treinen dit weekend tussen Eindhoven en
Weert, zodat wij de vervangende bus van de NS nemen naar het kleine
stationnetje van Heeze. We pakken hier direct het pad op, dat ons vandaag over
de Strabrechtse hei voert. Wij passeren Kasteel Heeze en verlaten het bebouwde
gebied. De rest van de dag zijn wij alleen nog maar in de natuur, die hier
adembenemend mooi is. De Strabrechtse hei is een natuurgebied van 1500 ha, dat
nog net in Brabant ligt. We zijn er precies in het juiste jaargetijde, want de
heide bloeit. Aan de paddenstoelen zie je dat de zomer op zijn einde loopt.
Er zijn verscheidene vennen, waarvan het Beuven het grootste
ven van Nederland is. Er groeien bijzondere planten, volgens het boekje, zoals
de gentiaan. Helaas hebben wij die niet gezien. Ook de fauna is hier bijzonder.
De zeldzame kraanvogel is hier gesignaleerd. Verder leven er havikken,
heikikkers, rugstreeppadden, hagedissen, wulpen en geelgorsen, salamanders en
padden, en, nog steeds volgens het boekje, het wemelt er van de libellen. Wij
genieten zeer van de natuur, maar hebben weinig oog voor dieren. We zien wel
verschillende felblauwe libellen. En natuurlijk de schapen van de kudde die
hier wordt ingezet voor begrazing.
Na de Strabrechtse hei doorkruisen wij de Somersche hei, waar we ook vennetjes
tegenkomen. Ons traject eindigt op de Koenraadtweg in Maarheeze. Van daar
reizen wij naar Weert, waar we twee nachten een B&B hebben geboekt. Het
station is nog ruim twee kilometer lopen en er rijden vandaag geen treinen maar
bussen, dus het lijkt ons een beter idee om niet naar Maarheeze centrum te
lopen maar de andere kant op, richting Hugten, waar een bushalte op de kaart
staat. Helaas, er is geen bushalte te bekennen. Het openbaar vervoer houdt niet
over in deze buitengebieden. We besluiten te gaan liften, geen alledaagse
bezigheid. Als na ongeveer een kwartier een stuk of vijf auto’s zijn gepasseerd
die ons allemaal voorbij zijn gereden, geven we het op en lopen alsnog naar
station Maarheeze, dat inmiddels zo’n drie – saaie – kilometers verwijderd
ligt. Daar pakken we de vervangende NS-bus die op willekeurige tijden lijkt te
rijden.
Tegen zessen arriveren wij bij B&B Halte 46, gelegen aan de
Maasstraat / Emmasingel boven café Tramhalt, genoemd naar de tramhalte die hier
vroeger was. Een prachtig café, waar het terras vol zit en waar iedereen niet
alleen elkaar, maar ook een groot deel van de voorbijgangers kent. ‘Houdoe hè’,
of ‘Hoi hè’ klinkt het voortdurend.