Na
een uitvoerig ontbijt in ons hotel in Coevorden trekken wij weer verder naar
het zuiden. Vandaag komen wij in het Vechtdal. We passeren de Poort van
Drenthe, een grote poort van enorme keien, het soort dat je ook in hunebedden
ziet. Langs een vaart zien we grote aantallen pompoenen in alle soorten en
kleuren drijven. Een merkwaardig gezicht. Zou er een vrachtauto met pompoenen
omgevallen zijn? Raadselachtig.
In
Gramsbergen staat een beeldje van Pieterpadwandelaars. Wij vinden de wandelaars
wat merkwaardig afgebeeld.
Aan de vaart pauzeren we in een oud schipperscafé.
Het interieur is authentiek, met veel hout. Van de bedsteden zijn kasten
gemaakt. Als we aan onze thee zitten zien we pas dat in de achterkamer koperen
ketels staan. Dit café is tevens een kleine bierbrouwerij. Aan de balken van de
zoldering hangt hop te drogen. Trots vertelt de eigenaar dat hij onlangs in
Amsterdam de hoofdprijs heeft gewonnen voor zijn speciale Bockbier van dit
najaar, de Mommeriete Rookbock. De oorkonde staat naast de ketels. Volgend
voorjaar schenkt het programma ‘Leven in de brouwerij’ aandacht aan Mommeriete.
M en ik nemen een flesje en een pot bierpaté mee voor thuis.
In
het Engelandsche Bos, eigenlijk het enige bos op onze tocht van dit weekend,
verdwalen we even, niet lang. Net als gisteren passeren wij een kleine Joodse
begraafplaats, op een heuveltje gelegen. Hier bij Gramsbergen heet het
'Jodenbergje'.
Dan
lopen we het centrum van Hardenberg binnen via een uitgestrekt plein waar de
grote winkelketens vertegenwoordigd zijn. Het station ligt buiten het centrum,
nog een eindje lopen. Het zit er weer op. Wat de natuur betreft hebben we
mooiere trajecten gehad, maar met de horeca hadden wij deze dagen veel geluk.