Pagina's

donderdag 23 oktober 2025

Over de grens

Om de draad van het Noaberpad weer op te pakken bij Weiteveen reizen we een dag tevoren naar Coevorden. Het kasteel in de stad, oorspronkelijk uit de elfde eeuw, is nu een restaurant. Het is verschillende keren vernietigd en herbouwd; de huidige vorm stamt uit de Middeleeuwen. In een nabijgelegen pakhuis is een hotel gevestigd. We eten en slapen heerlijk. Een goedbegin van deze driedaagse wandeltocht. 

De volgende ochtend nemen we de eerste bus naar Weiteveen, waar we onze wandeling starten. Omdat er wordt gewerkt aan een wildviaduct kunnen we de route niet helemaal volgen maar we vinden onze weg. We lopen door Schoonebeek, een mooi klein dorp. Tussen grote rietgedekte boerderijen is een pleisterplaats voor wandelaars ingericht, met koffie, thee, koek en meer. Onder een overkapping zetten we koffie en drinken die op met een stroopwafel terwijl we tijdschriften inkijken. 'In de Boogaard' heet deze fijne plek. Des te fijner omdat we verder helemaal geen horeca of winkels tegenkomen. Uiteraard zijn wij goed voorzien van proviand, zoals altijd.

In de middag kruisen we de grens met Duitsland, voor het eerst sinds we dit pad lopen. Daarmee verlaten we Zuidoost-Drenthe en komen we in het Graafschap Bentheim. We passeren wat verlaten olievelden. De NAM is hier in 1996 gestopt met boren. Aan de andere kant van de grens wordt nog wél geboord en we passeren verschillende jaknikkers, die ik nooit eerder in werking had gezien. Eén jaknikker staat naast een windmolenpark. Het levert een mooi beeld op van oude en nieuwe energiewinning.

Duitsland is duidelijker veel rustiger dan Nederland. Het landschap is uiteraard hetzelfde maar er zijn minder auto's en fietsen. De fietsers die we tegenkomen zijn vrijwel allemaal Nederlands. 

Het is goed weer, niet zonnig maar wel droog. De bomen hebben schitterende herfstkleuren. We lopen over tapijten van roodgekleurde eiken- en beukenbladeren. Op de akkers die we passeren staat vooral mais. Sommige zijn al gerooid, op andere staat de mais metershoog. We zie hoe de mais geoogst wordt: de hele plant wordt afgesneden, verhakseld en in containers geladen. Veevoer, denk ik.

Verder passeren we af en toe koolzaadvelden, en aan de Nederlandse kant van de grens ook aardappels en suikerbieten.

Natuurlijk zijn er volop paddenstoelen. Rood met witte stippen, rood, bruin, wit, verschillende kleuren geel. Ik herken alleen parelbovisten, vliegenzwammen, inktzwammen en parasolzwammen. Prachtig. 

Aan het eind van de middag steken we het Coevorden - Piccardiekanaal over. We zijn dan niet ver meer van onze eindbestemming van vandaag: Emlichheim, of Emmelkamp in het Nederlands. Het pad loopt ten westen van de plaats, terwijl ons logeeradres helemaal in het noordoosten ligt. Al met al lopen we vandaag heel wat kilometers, ook meer dan we gewend zijn. De teller staat uiteindelijk op 29 kilometer.

Op mijn vraag aan onze gastheer per email of we ergens in de buurt konden eten, antwoordde hij dat er verschillende restaurants waren op een half uur lopen afstand. Dat is best ver, als je er al 29 km op hebt zitten. We lopen dwars door het centrum van Emlichheim en verwachten dat we daar restaurants, café's en winkels vinden. Helaas, dat is in het geheel niet zo. Later blijkt dat die restaurants wel allemaal op een half uur lopen afstand zijn, maar niet vlak bij elkaar. 

Een duidelijk centrum kunnen we niet onderscheiden. Zelfs in de Bahnhofsstrasse is niets te beleven. Het station is verworden tot busstation. Maar er is bedrijvigheid: de spoorlijn wordt hersteld en er zal in de toekomst weer een trein rijden. Goed nieuws, wat ons betreft. 

Als we dit eenmaal weten, komen we op diverse plekken verkeersborden tegen waarop een trein is afgebeeld. Plus een bord dat je maar 20 km mag rijden omdat je een spoorlijn nadert. Nieuwe borden. Voor in de toekomst, als de treinen hier weer rijden. 

Op onze tocht dwars door de stad komen we een Aldi tegen, vlakbij het voormalige - en toekomstige- station. We zitten er inmiddels behoorlijk doorheen en besluiten daar proviand voor de avond in te slaan. Want we hebben geen puf om na aankomst nog eens een half uur te lopen naar een restaurant en daarna weer terug. Met boodschappen in de rugzak arriveren we tegen half zes bij B&B Piccardie. De eigenaren hebben jarenlang in Picardië gewoond, en hun huis kijkt uit op het Coevorden-Piccardiekanaal. Vandaar de naam.

We hebben een huisje in de tuin met aparte slaapkamer. Onze gastheer- en vrouw bieden ons een glas bier en wijn aan. Het is nog niet te koud, dus met een extra trui genieten we daar buiten van, in ons eigen zitje. Daarna eten we binnen onze aangeschafte emmer Kartoffelsalat. Heerlijk. We gaan héél vroeg naar bed. Want ook morgen gaan we tegen de dertig kilometer lopen.

De volgende ochtend krijgen we een heerlijk ontbijt. De eigenaar van de B&B is zo vriendelijk ons te brengen naar het punt in het zuiden van de stad zodat we direct ons pad weer kunnen oppakken en niet weer de hele stad door te hoeven. Het scheelt zeker een uur lopen, schat ik. 

Vandaag lopen we vrijwel de hele dag door Duitsland. Heerlijk rustig is het hier. Af en toe komen we een bushalte tegen. Een bus rijdt er niet meer, behalve als je die tevoren bestelt en dan komt er een soort taxi. Maar de haltes hebben allemaal een overkapping met bank en dat komt vandaag goed uit, want we hebben af en toe een flinke bui. 

Halverwege de dag lijkt er een bushalte midden in het bos te staan. Als we verder kijken, komen we op een soort jeugdhonk. Aan het begin inderdaad een bushalte, verderop een oude bus en een overkapping met plastic stoelen eronder. Verder grote stapels bierkratten vol lege flesjes en wat kleinere stapels kratten met gevulde flesjes. Ook wat kratten met cola en andere frisdrank. Dit komt erg goed uit, want volgens de buienradar komt er een enorme bui aan van ongeveer een half uur. En zo gaat het ook. Dat halve uur brengen we comfortabel door op de plastic stoelen. We eten onze boterhammen en hardgekookte eieren. Alleen de koffie ontbreekt. Die hebben we niet bij ons en ook vandaag komen we geen enkele horecagelegenheid tegen die open is. 

Als dank voor het aangenaam verpozen vegen we met de bezem die er staat de grond onder de overkapping schoon van bladeren en eikels.

Af en toe lopen we een mooi stuk langs de Vechte, de rivier die door het Graafschap Bentheim slingert. De route is niet overal even duidelijk gemarkeerd, maar Google Maps zet ons steeds weer op het juiste pad. Hoewel we aan het eind van de dag de route wat inkorten, want het is al laat als ruim 25 km hebben gelopen. 

Aan het eind van de middag lopen we Uelsen binnen. Hier wel een aardig centrum met een café-restaurant dat open is. Maar wij willen op tijd in ons hotel zijn, waar ook een restaurant aan verbonden is. Met 'gut bürgerliche Küche', precies waar we aan toe zijn. Het hotel is wat lastig te vinden en als we Google Maps raadplegen laat die ons via een kronkelig bospad uitkomen op het dak van een van de bijgebouwen. Het is hier wat heuvelachtig. Google Maps doet het hier niet zo goed. We dalen het pad weer af en zoeken de hoofdingang op van Hotel Am Linnenbach, tot voor kort Hotel Zum Wald geheten.

Een prima hotel, eenvoudig en echt Duits. We zijn erg moe want we hebben weer bijna 30 km gelopen. Dus vroeg eten in het restaurant van het hotel. De 'gut bürgerliche Küche' smaakt ons uitstekend. Weer vroeg naar bed.

De volgende ochtend haasten we ons niet, want we hebben nu nog maar een kilometer of vijftien voor de boeg. Weer hopen we dat we ergens koffie kunnen drinken onderweg, maar weer is dat niet het geval. Ondanks aantrekkelijke borden, zoals een restaurant dat ons toeroept 'Schön dass du da bisst', maar helaas, ook dat is dicht. Wij zijn er, maar zij niet.

Al snel passeren we de grens met Nederland, gemarkeerd door een grote houten poort met 'Niederlande' aan de ene kant en 'Duitsland' aan de andere kant. Je merkt direct dat het drukker is aan de Nederlandse kant.

Tegen het middaguur lopen we het fraaie stadje Ootmarsum binnen. Hier eindigt onze tocht. We zijn er trots op dat we deze drie dagen zo'n 75 km hebben afgelegd. De zon is gaan schijnen en we lunchen op een terras midden in het centrum. Dan pakken we de bus naar Almelo, waar we een rechtstreekse trein hebben.